Eén op de vijf vrouwen krijgt na een operatie voor borstkanker problemen met lymfoedeem in de arm. Een dikke arm. Wanneer er oksellymfeklieren zijn weggenomen of wanneer deze beschadigd zijn door bestraling, wordt de normale afvoer van de lymfe uit de arm onderbroken. Het gevolg daarvan is een levenslang risico op lymfoedeem. Plastisch chirurg Prof. dr. Dietmar Ulrich (links op de foto): “Meestal is het lichaam in staat zich aan de nieuwe situatie aan te passen. Maar een deel van de behandelde patiënten krijgt last van ophoping van vocht. Dat beperkt hun handelen en veroorzaakt soms ook pijn. Er is werkelijk sprake van een verminderde kwaliteit van leven. De standaardbehandeling daarvoor is manuele lymfedrainage of een lymfoedeem-kous, waarmee druk op de arm wordt uitgeoefend. Wij zetten daar nu een volledig nieuwe behandeling naast. In een onderzoek willen we laten zien dat het zeer effectief is, om door middel van supermicrochirurgie zo veel mogelijk kleine lymfevaten lager in de arm, met kleine bloedvaten te verbinden. Dan kan het lymfevocht daar zijn weg naar de bloedbaan vinden.” Kans op lymfoedeem - Na een schildwachtklierprocedure ontwikkelt rond de 5% van de patiënten lymfoedeem van de arm. - Na een totale okselklieroperatie is het risico op lymfoedeem rond de 16%. - Radiotherapie en chemotherapie verhoogt de kans op lymfoedeem aanzienlijk. - Overgewicht verhoogt de kans op lymfoedeem ook aanzienlijk. - Sommige mensen krijgen al snel last van lymfoedeem na borstkankerbehandeling, anderen pas jaren later. Onder de microscoop Technisch geneeskundige dr. Stefan Hummelink: “Er zijn maar weinig centra waar een dergelijke operatie kan worden uitgevoerd. Het gaat om een operatie van anderhalf tot wel drieënhalf uur. Wij spuiten daarbij een kleurstof in bij de vingers en kunnen vervolgens met infrarood licht in de arm op zoek gaan naar nog functionerende lymfevaten. Die vaten sluiten we vervolgens aan op nabije bloedvaten. De lymfevaten zijn 0,3 tot 0,8 millimeter dik en ook de bloedvaten moeten zeer dun zijn, omdat er niet te veel druk op moet staan. Anders loopt het bloed het lymfevat in, in plaats van omgekeerd. Dit is dus opereren onder de microscoop en er is maar een handvol chirurgen in Nederland die een dergelijke operatie uit kan voeren.” Prof. Ulrich: “We hebben deze techniek zeker al eerder toegepast in individuele gevallen. Met succes. Het grote verschil is dat we nu de behandeling aanbieden binnen een grote studieopzet samen met het Maastricht UMC+. We gaan bij een grote groep patiënten deze nieuwe chirurgische behandeling van lymfoedeem naast de standaardbehandeling met een kous zetten. Daarmee zijn we de eerste ter wereld. We hopen de effectiviteit van deze chirurgische behandeling hiermee definitief aan te tonen, zodat over vergoeding en brede toepassing gesproken kan worden. Verzekeraars zullen daar waarschijnlijk ook in meegaan. Vergeet immers niet dat mensen anders een leven lang naar de oedeemtherapeut zullen moeten gaan.” Op zoek naar patiënten Voor het eerste wetenschappelijke onderzoek naar het effect van deze microchirurgie op lymfoedeem zijn 120 vrouwen nodig waarbij sprake is van een beginfase van lymfoedeem. Er mag nog geen bindweefsel onder de huid gevormd zijn, en het vocht moet nog weggeduwd kunnen worden uit de arm. Hummelink: “Vaak zien we vrouwen helaas te laat, dus ik hoop echt dat we met artikelen als deze, vrouwen bij het onderzoek kunnen betrekken. De helft van hen zal geopereerd worden, de andere helft vormt een controlegroep en krijgt de traditionele behandeling. Zorgverleners en patiënten kunnen meer informatie vinden en zich aanmelden via www.thelymphtrial. com. Na een verwijzing onderzoeken we op de polikliniek plastische chirurgie in het Radboudumc of MUMC+ of mensen mee kunnen doen binnen dit grootschalige onderzoek. Komend jaar willen we de inclusie afgerond hebben om de studieresultaten in 2021 te kunnen analyseren.” Radboud Report Oncologie 13 Pagina 12

Pagina 14

Heeft u een vaktijdschrift, onlinekat of e-lesboeken? Gebruik Online Touch: weekblad digitaal uitgeven.

Radboud Report Oncologie Nr. 1 2020 Lees publicatie 2Home


You need flash player to view this online publication